‘Ik wil begrijpen.’ Zo luidt de titel van het boek dat Hans Achterhuis schreef over Hannah Arendt. ‘Mensen kunnen misschien overleven in een wereld zonder vrijheid of rechtvaardigheid, maar niet in een wereld zonder waarheid,’ schrijft hij. ‘Elk menselijk samenzijn berust op het kunnen spreken “over wat is”, over de werkelijkheid die men deelt.’ (p. 317)
Nadenken – het is een zeldzaam goed geworden in tijden waarin ons denkvermogen wordt ondermijnd door de hegemonie van vermogende techno-optimisten, die in ons vermogen tot autonoom denken slechts een hinderpaal zien voor hun eigen drang naar macht. Het denken wordt geleidelijk uitgeschakeld. Zelfs voor het formuleren van een mening doen we steeds vaker een beroep op een of ander AI-systeem waarvan we de controle al lang verloren zijn – ik zie het dagelijks gebeuren. We bevinden ons al in een bedwelmende dystopie.
Denken is allereerst het bevragen, het in twijfel trekken of het anders bekijken. Het is geen individuele bezigheid, merkt Achterhuis op, maar een actie die in relatie en wisselwerking staat met anderen en de wereld. Beelden zijn hierin krachtig: ze bieden een directe toegang tot ons denk- en inbeeldingsvermogen. Beelden stimuleren een eigen interpretatie, een autonoom begrip van de wereld, in wisselwerking met de gedachte en de actie van de maker. Hun impact is direct, schijnbaar gedachteloos, en toch vol betekenis door de stroom aan gedachten die ze op gang brengen.
Dit besef dringt zich op bij de tentoonstelling van Ulrike Bolenz bij Stek in Torhout. Maatschappelijke uitdagingen en existentiële crises krijgen in elk werk, en in de hele opstelling, een licht symbolische, maar niet minder expliciete narratieve lading. De houding van de lusteloze lichamen verwijst naar de aangespoelde levenloze lichamen van bootvluchtelingen; de dubbele helix van ons DNA op de gelaagde achtergrond van een staand portret hint naar de nieuwe mogelijkheden van epigenetica en genetische manipulatie. Haar Icarus heeft een vrouwelijke gedaante gekregen, een subtiele verwijzing naar vrouwenrechten en de #MeToo-beweging. Het monumentale nieuwe werk, waarin een groep naakte mannen van bovenaf in het vizier wordt genomen door een drone, reflecteert op moderne oorlogsvoering, waarin doelwitten gereduceerd worden tot pionnen op een schaakbord. Haar strijdbare godin Europa symboliseert, zeker in het licht van recente gebeurtenissen, het laatste bastion van vrijheid en menselijke waardigheid.
Toch is Bolenz’ werk geen eenzijdige aanklacht. Haar interpretatie is subtiel: de harslagen in haar kunstwerken symboliseren de weerbaarheid van de mens, terwijl de holistische zuilen de veelzijdigheid van menselijke perspectieven onderstrepen. De trotse houding van haar modellen wijst op de mogelijkheid van de mens om zichzelf te overstijgen.
Als kind van Berlijn, opgegroeid op de dreigende scheidslijn tussen twee maatschappelijk tegenstrijdige ideologieën, biedt Bolenz een hoopvolle boodschap. Ze heeft geleerd om tegenpolen te verzoenen, een levensles die doorklinkt in haar werk: zelfs in tijden van ultieme vertwijfeling is het uiteindelijk de menselijkheid die de bovenhand neemt.
In de huidige context is er een nieuw narratief nodig over wat het betekent om mens te zijn. Beelden zoals die van Ulrike Bolenz bieden daarbij houvast. Mythische figuren als Icarus en Europa verschijnen zij aan zij met intieme portretten, zoals dat van haar blinde vader of een anoniem model dat ze met haar vingers in verf boetseert – alsof ze via het lichamelijke de menselijke werkelijkheid wil doorgronden en bevestigen. In zekere zin draagt ze hiermee bij aan de waardigheid van de mens, zoals Paul Ricoeur het noemt: de ‘narratieve identiteit’ van het individu. Het erkennen van het bestaan van de ander – een eenvoudige maar langzaam verdwijnende daad – is misschien wel de meest menselijke handeling die er bestaat.
Oog hebben voor deze narratieve identiteit van de ander is steeds meer een daad van verzet, al is het tegen iets dat even onbegrijpelijk als ongrijpbaar is: het einde van een tijdperk dat je niet wilt zien verdwijnen, al wil je ook niet dat het behouden blijft. We leven in een tijd vol tegenstrijdigheden, maar Ulrike neemt steeds een helder standpunt in: neem de tijd – om te zien, om te denken. Koester wat de mens tot mens maakt.
De expo Female Icarus is van 7 maart tot 6 april te zien bij Stek Gallery in Torhout. Klik hier voor alle info.







©TheArtCouch