Deze zomer exposeren drie hedendaagse kunstenaars in de Wevelgemse bibliotheek onder de noemer ‘ABC’. Henk Delabie, Olivia De Hasque en Yvan Derwéduwé, collega-docenten aan de academie van Menen, presenteren recente sculpturen en schilderijen. Ze delen een voorliefde voor het imperfecte en het dagdagelijkse dat door weloverwogen of speelse ingrepen een nieuwe twist krijgt.
Onze highlights:
/1/ Henk Delabie

Je hebt kunstenaars die met hun beelden de ruimte herdenken, en je hebt kunstenaars die met hun beelden de beeldhouwkunst herdenken. Henk Delabie doet beide, in één vloeiende beweging, die zijn werken zowel elegantie, accuratesse als diepgang geeft. Onvoorspelbaar en onberekenbaar zijn zijn vormen, en toch kloppen ze steeds als een bus. De op zichzelf harmonische constructies gaan in connectie met de omringende ruimte, een relatie die tegelijkertijd uitnodigend en bevragend is. De ruimte wordt aangezogen en ingesloten, omhuld en omarmd. Waar er niets lijkt te zijn, ontstaat nu een spanningsveld dat bol staat van sculpturale betekenis. De tussenruimtes zijn evenzeer protagonist als de zichtbare belijning. De sculpturen handelen als bemiddelaar, die met zacht-dwingende hand een wisselwerking genereert tussen de energetische kern van een werk – dat waar de initiërende kracht van uitgaat – en dat wat gaandeweg, door de esthetische, conceptuele ingreep, in de perimeter errond wordt opgeroepen en tot leven komt. De blinde vlekken als het ware, die aan onze blik ontsnappen, doordat we eerst en vooral worden verleid door het meest opzichtige. Henk Delabie maakt zichtbaar wat bedekt, bescheiden en onnoembaar is. Hij leidt je naar de zijwegen van je waarneming, terwijl de oorspronkelijke, tastbare sculptuur niets aan kracht inboet.
In de bib van Wevelgem toont Henk Delabie een drietal creaties die een soort ruimtelijk canvas vormen, twee triptieken en een schraag. Heel fragiel werk, een verfijnd raamwerk in hout, dat precair scharniert op schilderdoek. Een interessante omkering, aangezien we gewoon zijn dat óp het canvas het meeste gebeurt. Nu is de lege ruimte de hoofdrolspeler, dat wat omkaderd wordt en steeds fluctueert naargelang de positie van de toeschouwer. Het zijn constructies die zich letterlijk laten openvouwen in de ruimte, en tezelfdertijd de ruimte zelf opentrekken, mede door het schaduwspel dat ze genereren.
/2/ Olivia de Hasque
Olivia de Hasque is de levenspartner van Henk Delabie en de onderlinge invloeden in hun werk zijn onmiskenbaar. De overlapping zit vooral in de behandeling van de materialen: beide laten het constructieproces soms zichtbaar, niet alles moet gepolijst en opgeschoond zijn. Maar de werken van Olivia de Hasque keren zich meer naar de hybride vorm tussen sculptuur en schilderij. Het zijn schilderijtjes die zich lijken te ontvouwen tot verschillende vormen, vlakken en lagen, maar evenzeer sculpturen die zich lijken te hebben verdicht tot één picturale laag. Van drie naar twee dimensies en weer terug. De maaksporen mengen zich met de aanbreng van de verf, die elkaar vinden in een schijnbaar achteloze middenweg – hier komt per toeval iets samen wat wonderwel accordeert. Tactiliteit, subtiele kleurkeuze, voorzichtige vormentaal die zich een weg baant doorheen oppervlaktes – soms ruw, soms glad, altijd uitnodigend.
De werken van Olivia de Hasque hebben iets lieflijks, welzeker niets dwingends. Zacht en warmhartig, al zijn de materialen vaak onaf. Ze vertrekt vanuit de observatie van de omgeving en wordt voornamelijk aangetrokken door architecturale elementen. Lijnenspel dat intrigeert, licht dat genadig invalt, dagdagelijkse vormen die bijzonder zijn in hun vanzelfsprekendheid. Ze onttrekt ze uit hun anekdotische context en schrijft met de uitgepuurde componenten een nieuw verhaal. Een andere werkelijkheid die vorm krijgt in een klein abstract reliëf, een tekening of een schilderij. Telkens is het spelen, het bricoleren belangrijk. Het is alsof je de hand van de maker nog voelt nazinderen in elk werk, alsof ze net zijn achtergelaten of opgehangen. Als kijker kun je de werken van Olivia de Hasque enkel vriendelijk bejegenen. Ze zijn kraakvers, onschuldig en intiem. In hun duidelijk zichtbare bouwlaagjes ook kwetsbaar. Aanraken is niet wenselijk. In hun ietwat verlegen, genoeglijke aura vertoeven des te meer.
/3/ Yvan Derwéduwé

Eigenzinnigheid is een levensnoodzakelijke eigenschap voor een kunstenaar. Voor Yvan Derwéduwé is het echter een algehele state of being. Niets wat niet in vraag gesteld, omgekeerd, omgedacht kan worden. Zijn huis is zijn levensgroot kunstwerk en levensproject. Hypermodern en toch knus, onafgewerkte bouwresten die deel worden van het interieur, gewaardeerd worden, opgetild worden tot kleine kunstwerkjes. Het oog van Yvan Derwéduwé valt als vanzelf op datgene waar wij aan voorbijgaan en ontdekt er beminnelijke schoonheid in. Een blik die a priori is ingesteld op decontextualisering en deconstructie. Zag jij voorheen ooit hoe mooi drankenkratten konden zijn? Had je verwacht dat ze, gestapeld, gesmolten en wat ineengekronkeld, een sculptuur met dergelijke esthetische kwaliteit konden vormen?
Yvan Derwéduwé is een speelvogel, doch van het doordachte soort. Zijn puppyschilderijen bijvoorbeeld, lijken een lichtvoetig spel met een banaal en gekend motiefje, maar herbergen een diepere laag. Hij huldigt hiermee ‘The Beauty of Accident’, want de uitvergrote schilderijen zinspelen op de drukfouten in het hondjestoiletpapier dat hij al jaren verzamelt. Door de coronacrisis wordt hieraan nog een extra connotatie toegevoegd – de hamsterwoede die de eerste dagen van de quarantaine hoogtij vierde, wat hij recent vormgaf in een masker met hetzelfde motief. Kunstwerk, gebruiksvoorwerp en maatschappijkritiek ineen.
Rebellie, agressie, ressentiment: ze lopen als een ondergrondse rode draad doorheen het werk van Yvan Derwéduwé, dat uiteindelijk ook teder en poëtisch van aard blijft. Het zit zowel in zijn gekooide en doorboorde heiligenbeelden die hij nu toont in De Wael 15 in Antwerpen – de woede is daar apert leesbaar – als in de sculpturen die hij hier in de Wevelgemse bibliotheek toont. Het verbranden en versmelten als een vorm van strijdvaardigheid en oproer, of: trash and destruction like a statement of purpose, zoals hij het zelf noemt. Het experiment primeert hierbij. Er is geen uitgekiend vooropgezet plan, het gaandeweg zoeken naar een methodiek en vormelijke ontdekkingen doen ís het plan. Uitstulpingen en schaduwen, buigingen en stapelingen drijven de kijker tot een antropomorfe lezing, waarbij taboeonderwerpen en seksuele referenties niet worden geschuwd. Wat lees jij in deze bouwwerken van plastic? Zie je een smeulende kathedraal of leidt je verbeelding je toch naar andere oorden? Fantaseren staat vrij.
PRAKTISCH
EXPO — ABC
Henk Delabie, Olivia de Hasque, Yvan Derwéduwé
Tot 7 september 2020
Bib in het park, Vanackerestraat 20, 8560 Wevelgem
— OPEN tijdens de openingsuren van de bib
Organisatie: Gemeentebestuur Wevelgem i.s.m. De Wael 15
#EXPOFLITS
Deze zomer willen we de kunst een extra hart onder de riem steken. TheArtCouch gaat voorproeven op tentoonstellingen in eigen land die absoluut de moeite waard zijn en kiest telkens een paar teasers voor het publiek. Wil jij ook jouw evenement in de kijker zetten? Ontdek hier meer.



- Selina De Maeyer, schilderen met licht, met het Licht - juni 15, 2024
- Eéndagsexpo: Jet de Kort toont recent werk bij SECONDroom - mei 18, 2024
- Bottelare toont kunst in mooie tuinen - mei 4, 2024