Beste vrienden, ik moet jullie iets bekennen.
Soms poneer ik een idee die me juist lijkt, maar waar ik geen enkel bewijs of argument voor heb. Deze aandoening kan soms maanden aanslepen. Zo stelde ik de laatste maanden geregeld in mijn artikels over kunst dat kunst een vorm van filosofie is. Ik gebruikte het te pas en te onpas, misschien in de hoop dat een intelligent leven op mijn pad mij enige uitleg over mijn stelling kon verschaffen, of een verantwoording.
Zoals zo vaak krijgen intuïtieve wijsheden pas achteraf de nodige argumenten aangereikt, in een proces dat psychologen ‘confirmation bias’ noemen. Wetenschappen noemen het zo mooi ‘kwantumtunnels’. Filosofen bedachten het met de iets meer prozaïsche term ‘post-modernisme’. Enfin…
Volgens deze laatsten In zijn gevoelsmatige zekerheden even geldig als alle andere, iets wat in deze ‘post truth’-tijden vaak wordt misbruikt, maar uiteindelijk een heel diepe betekenis heeft: ons denken komt historisch gezien vanuit onze gevoelens, meer dan vanuit onze ratio. Het is een conclusie die overigens ook neurologen langzamerhand aannemen.
Wie gevoelsmatig denken zegt, denkt automatisch -geef het maar toe- aan de natuurlijke manier van denken die met vrouwen, of vrouwelijkheid, geassocieerd wordt.
Is het juist, dat vrouwen meer intuïtief denken? En wat betekent ‘juist’, hoor ik de postmodernisten onder jullie nu denken, maar dit even terzijde.
Laat ons even aannemen van wel. Het zou alleszins verklaren waarom de grens tussen genders en geaardheid in recente jaren op verschillende manieren in vraag wordt gesteld, dermate zelfs dat gender en seksuele voorkeuren een keuze is geworden die meer weg heeft van een menukaart dan van een natuurlijk proces. Het wijst er misschien op dat de natuurlijke, intuïtieve manier van denken overvloeit in de rationele, die de laatste eeuwen al te veel de bovenhand kreeg in ons Westerse denken. Er wordt, heel misschien, langzamerhand een nieuwe, natuurlijke balans gevonden.
Overschrijden we hiermee een grens, tussen het rationele en het intuïtieve, tussen het vrouwelijke en het mannelijke denken? Ik moet toegeven dat ik wat werd gepuzzeld wanneer Veerle me de titel stuurde van deze expo: “Een onderzoek naar een overschreden grens”. Welke grens wordt precies overschreden?
Het zette me aan het denken, zoals zo vaak met kunst.
Sommige grenzen kan je niet duiden, omdat je niet kan vatten wat erachter ligt. Het idee van grens heeft beide perspectieven nodig, wanneer je er slechts aan een kant vertoeft ben je in zekere zin grenzeloos.
“Door de grens te overschrijden weet ik waar die grens ligt”, schrijft Veerle me op een bepaald moment. Voor zover het denken uit het lichaam voortkomt, kan Veerle toch moeilijk van lichaam zijn veranderd? Ze kan die ultieme grens toch niet overschreden hebben? We zitten toch enigszins gevangen in ons lichaam, alle mystieke pogingen ten spijt?
Al kunnen we, zoals zoveel schrijvers en kunstenaars hebben aangetoond, ook ontheemd vertoeven in ons eigen lichaam. Het vergt juist een kunstenaar om zich in andere vormen van realiteit te nestelen, om het onmogelijke toch acceptabel te maken. Het is niet zomaar inbeelding, lijkt het me vaak, het is een daadwerkelijke metamorfose die ze in het creatieproces ondergaan.
Zoals Virginia Woolf het zo mooi schreef: een boek moet zich aanpassen aan het lichaam. Het lichaam zelf wordt communicatie, niet zomaar een kanaal ervoor. “The medium is the message”, zeggen de post-modernisten.
Er bestaat, vrees ik, geen antwoord op de vraag die Veerle zich stelt of, tenminste, niet slechts één antwoord. Het is één van die vragen waarvan het antwoord slechts geformuleerd kan worden door de som te nemen van alle zienswijzen, die in zekere zin samenvallen met de vraag. In haar zoektocht belichaamt Veerle de vraag, en in haar kunst vallen misschien niet alle, maar talrijke soms tegenstrijdige antwoorden samen. Een lijn kan, mijns inziens toch, zowel mannelijk en vrouwelijk zijn. De verschijning ervan kan verschillen, maar in essentie is het de som van beide.
Meteen heb ik ook een antwoord op mijn oorspronkelijke, intuïtieve stelling: dat kunst een vorm van filosofie is. In kunst vallen alle vragen en antwoorden samen, en heffen ze elkaar op.
Wat overblijft is louter voelen.
Laat mijn gemijmer dus een uitnodiging zijn om je van het denken te verlossen, en gevoelsmatig van kunst te proeven, je zonder overmatig denken te laten gaan in de mijmeringen en sensaties die het bij jullie oproept.
Frederic De Meyer
Veerle Verbeke ‘Feminine’ opent zondag om 15u in Kasteel Borluut, Kleine Gentstraat 46 in Sint-Denijs-Westrem Gent en loopt alle dagen tot zondag 5 november van 14u tot 18u.

november 1, 2023
Het einde van je speech raakt een gevoelige snaar. Hoe moet je kunst kijken en beoordelen? Ik hou het graag gevoelsmatig wat overeenstemt met wat je de toehoorders voorstelt. Dit voorwoord kan de kunstliefhebber en de bezoeker van de expo gelukkig nalezen en herlezen op the Art couch, een openingsspeech om bij na te denken.