Vroeg maart. Vrijdag en vooravond. De auto ondergronds gestald in mijn favoriete, wel erg dure Oostendse parking. Vervolgens een wijle de harde wind getrotseerd terwijl ik richting Kursaal stapte. Langs beide zijden van dit iconische bouwsel klimmen twee korte straten naar de dijk, het strand en de zee. Ik moet dit keer naar rechts. Deze straat heet Kursaal-Oosthelling. “Galerie P” draagt er het nummer 10.
Mocht u zich afvragen waarom die zogenaamde Zeeparking mijn voorkeur geniet, wel, ze brengt me dicht bij dat deel van Oostende dat ik het beste ken. Meer Oostende heb ik ook niet echt vandoen. Luttele straten doen me meer dan een beetje van Oostende houden. Ik ken er ook lelijke kanten. Het is voorts dicht bij waar ik vroeger talloze keren in “Black Willy’s” (wijlen conservator Willy Van den Bussche) P.M.M.K. was uitgenodigd om nog maar eens naar onnoemlijk veel schilderijen te kijken. Overdaad, maar daad! Voorts is er het parkje met vergeten en door mij geliefde beelden, waar sinds niet zo heel lang honden een gesneuvelde oorlogskameraad hulde zijn komen brengen. Een installatie van Guillaume Bijl (Beaufort).
BOEK ALS MONUMENT
Ik zal eindelijk zien wat Mireille Robbe (°Brussel, 1962) meer schildert of tekent dan de bijzondere rozen die te zien zijn geweest op de tentoonstelling “Rose is a rose is a rose” (versregel uit een gedicht van Gertrude Stein/1913) in de TaleArtGallery. Ze stelt er onder de noemer “Menuets croisés” tentoon met beeldhouwer Dany Tulkens, wiens atelier zich blijkbaar bevindt vlakbij de Vlaams Brabantse plek waar ook Mireille zich artistiek uitleeft.
Vreemd. De naam Dany Tulkens lijk ik – we zijn ongeveer even jong – al altijd te hebben gekend, maar nu pas ga ik ’s mans werk van dichtbij zien en heimelijk betasten, wat ik met beelden altijd doe. Voor ik verder schrijf: als u er bent, schaft u zich het best het boek “Dany Tulkens” aan: een verbluffend document, een monument eigenlijk, met knappe foto’s van grandioze beelden en weinig woorden van ene Guy Mortier. De foto’s zijn van Bart Ramaekers (Galerie P) en het boek zag het levenslicht in 2019.
Ik heb niet veel tijd nodig om in mijn hoofd de knop van minimalisme (ik wil het in mijn drukke hoofd al eens stil krijgen door pakweg Morandi te knuffelen) naar exuberante expressiviteit om te draaien. Een criticus moet dit kunnen! Tulkens staat voor “monumentaal”. Maar uiteraard, in nummer 10 langs de helling slechts een enkel relatief monumentaal beeld in de relatief kleine setting.

foto: Johan Debruyne
METIER, VISIE, HUMOR…
Tulkens maakt beelden uit geslagen en gelast brons. En ik die dacht dat er alleen maar de verlorenwasmethode was. Nee, om eerlijk te zijn, ik ken ook wel wat “kunstenaars” die met koper in de weer zijn en voornamelijk vrolijke figuurtjes in elkaar flansen. Dat verkoopt…
Maar Tulkens’ oeuvre is meesterlijk. Hij tovert op een unieke manier naar mens en dier verwijzende wezens. Zoals de wijze Guy Mortier zal ik er weinig woorden aan wijden. De beelden zijn daar te uitzonderlijk voor en woorden schieten toch tekort. Weet dat al wat u ziet is ontsproten aan vuur, in het oorverdovend geluid van hameren, kappen, lassen, boren en frezen. Wat een métier heeft die man! En hoe hij de anatomie beheerst en zijn eigen wereld en eigenlijk ook die van velen onder ons vorm geeft op een bevreemdende manier en tegelijk de spot drijft met het mensdom dat onze wereld dezer dagen in ijltempo naar de Filistijnen aan het helpen is. In het boek “Dany Tulkens” zie ik onder meer het werk “Global Warming”, 2004! De kunstenaar verbeeldt wat wij zouden moeten denken of waar het principieel om gaat. De condition humaine is nooit ver. De humor en de zelfrelativering evenmin.
Mireille Robbe leerde ik kennen in de knappe “Art Gallery Re-Né” die ze in de Leuvense Windmolenveldstraat runt (momenteel is daar nog een week lang werk van Jean De Groote te zien) en ik zag werk van haar passeren op het internet.
VERHALEN, NATUUR EN ALCHEMIE
Ook bij haar is er sprake van grote technische kunde en het scheppen van een geheel eigen, volkomen aparte, verrassende wereld, waarin ze haar passie voor natuur en alchemie legt.
Er hangt een werk dat door nogal wat bezoekers visueel als een kluwen uit elkaar wordt gerafeld: een interieur dat lokt. Het is relatief groot en geheel met kleurpotloden getekend. Knap! Een groene papegaai is protagonist. Voorts zijn er een spiegel, een werk van Ensor en men hoeft geen arendsoog te hebben om te zien dat de maakster van het werk u enigszins aankijkt. Mireille Robbe lijkt zo in haar werk op te gaan dat ze letterlijk aanwezig is om wat ze zelf gefantaseerd en vorm heeft gegeven te aanschouwen. Maar stil, in de achtergrond. Zo heb ik haar leren kennen: minzaam, eenvoud en schoonheid koesterend. Kunstenaars van dit niveau hebben doorgaans weinig woorden vandoen. Bij Robbe valt dat nog mee. Maar het blijft ingetogen en bescheiden. Tulkens daarentegen houdt het liever op een volkomen stilzwijgen. Zijn creaturen zorgen er op hun beurt voor dat ook u stil wordt. Hun kracht snoert ieders mond. Maar beiden laten ze u binnen in hun bijzondere, soms bevreemdende wereld.
Aan de andere kant een monumentaal schilderij. Ook hier hangt een verhaal aan vast. Het is een landschap dat ze daadwerkelijk heeft gezien, maar de immense steen-met-opening heeft ze rechtop gezet om plaats te maken voor nog meer verbeelding.
Ook een hele reeks kleine werken: rozen. Niets dan rozen. Omdat de bloem voor van alles en nog wat wordt gebruikt en wij de symbolische betekenis vergeten zijn, zegt ze. Het is wonderlijk wat Robbe met deze bloem doet. Wie goed kijkt zal merken dat wortels bloedbanen zijn.


foto’s: Johan Debruyne
HIDDEN MOTHERS
Een andere reeks werken wordt geschraagd door de idee van “Hidden Mother Nature”, een knipoog naar de mysterieuze “Hidden Mothers” uit de Victoriaanse tijd. Begin 1900, lees ik. Toen foto’s maken nog een eeuwigheid in beslag namen, zeker wanneer men alleen maar een kind in beeld wilde. Maar kinderen lang stil laten zitten? Dus werd de moeder verstopt achter doeken of achter een gordijn, terwijl ze het kind stiekem vasthield. Onzichtbaar, maar tegelijk onmisbaar. Robbe speelt een heerlijk spel met dit gegeven. Die druiven in die schoot!
Tot slot is ze op zoek gegaan naar oude etsen, schitterende drukken met zwart-witwerelden die om een of andere reden niet in het museum zijn beland. Middenin het tafereel richten zich half verlepte Irissen of vleesetende planten op. Deze laatste klimmen strak omhoog uit een blauwe vaas. Knap geschilderd alweer. Op deze manier brengt ze hulde aan vergeten meesterwerken. Ze overbluft niet, schildert niets weg, maar gaat op zoek naar de geschiedenis achter het tafereel en voegt er een dimensie aan toe. Bijzondere kruisingen!
Deze tentoonstelling confronteert de bezoeker met beelden die niet meteen een vertrouwde plek blijken te hebben in onze kleine fijne wereld van actuele beeldende kunsten. En toch. Na verloop van tijd begint u ervan te houden. Van de ruwheid, de zeggingskracht, de confrontaties en zoveel meer. Robbe en Tulkens? Klasbakken en lefgozers.



De expo “Menuets croisés”” is nog tot 21 april 2025 te zien in “Galerie P”, toegankelijk op vrijdag, zaterdag en zondag en wel van 14 tot 18u. #info@galeriep.be





